Op het nachtkastje van… Jackie van Laren

De komende twee maanden – vakantiemaanden juli en augustus – sluipen wij de slaapkamer binnen van verschillende auteurs en gaan ‘stiekem’ eens piepen wat zij nu lezen. Met andere woorden, we gaan kijken wat er te lezen op hun nachtkastje ligt. Kijk jij mee?
Jackie van Laren heeft twee grote passies in haar leven: muziek en verhalen. Al op jonge leeftijd schreef ze voor haar eigen plezier zowel fictie als poëzie en muziek. Een studie Nederlands en Engels, een nachtelijk bestaan op de poppodia van Nederland en een carrière in het uitgeefvak volgden. Met de driedelige Q-serie – ZIN, LIEF, ZIEL – maakte ze haar debuut als schrijfster. Daarna volgde het tweeluik Vallen en Opstaan, de vijfdelige Eilandliefde-serie en de losstaande romans De meisjesmagneet en Thuiskomen.
Jackie’s nachtkastje op locatie… want ze zit op Schrier, haar favoriete plek op aarde!

© 2016 Thijs Bartels
Naast mijn nachtkastje thuis staat speciaal een boekenrekje met altijd wel een stuk of tien titels erop. Soms verdwijnt er wat uit, vaker komt er wat bij, maar ik ben een slechte papierenboekenlezer in bed, vooral omdat ik een grote, harige echtgenoot bezit die niet alleen minstens tweederde van het bed in beslag neemt, maar die ook volledige verduistering eist bij het slapen. Een bedlampje om lekker bij te lezen is wat hem betreft niet te doen. Als ik stiekem op mijn mobiel lees, en het scherm daarbij op heel weinig licht zet, dan kom ik er nog wel eens mee weg, en als ik op de rand van mijn bed zit te typselen aan de feelgooderij dan moet mijn scherm ook niet te fel staan, anders zijn de klachten niet van de lucht. Lekker urenlang in bed lezen terwijl er naast me een bos wordt omgezaagd zit er voor mij niet in, ben ik bang.
Ik dacht dus slim te zijn en iets mee te nemen uit mijn rekje naar Schier, om dat lekker op vakantie te lezen. Twee boeken, meer paste er niet meer bij in de tas. Dat zouden er dan in ieder geval toch twee minder moeten zijn in het rekje van tien…
Quichot lijkt me interessant omdat ik Rushdie interessant vind; alles wat ik tot nu toe van hem heb gelezen heeft me op verschillende levels aan het denken gezet. Ik denk bijvoorbeeld nog vaak aan zijn jeugdboek Haroun and the Sea of Stories (in het Engels gelezen): de Plentimaw fishes in the sea, vissen die door al hun monden verhalen opslokken uit de Sea of stories; in hun magen ontstaan uit al die brokjes verhaal nieuwe verhalen. Een elegante manier om schrijven als proces te benoemen: er moet eerst iets in, dat deconstrueert en komt er vervolgens in nieuwe samenstellingen weer uit. Ik geloof ook wel dat veel lezen een soort noodzaak is om goed te kunnen schrijven… Maar ja. Mijn omstandigheden — ik lees ook nog eens het allerliefste in bed — zijn nu eenmaal niet ideaal. Laten we maar hopen dat mijn geschrijf uiteindelijk niet ten onder gaat aan geestelijke armoede.
Machines zoals ik lijkt me een interessant boek omdat het gaat over wat ons intrinsiek menselijk maakt, wat uniek is aan ons mensen omdat het niet te reproduceren valt door iets wat we zelf hebben gemaakt. Het is een beetje als Frankenstein en zijn monster: kunnen we onszelf nabouwen? Moeten we dat wel willen? Ik vind het met name interessant omdat we juist nu meer en meer online doen: elkaar zoeken en contact houden, dingen zoeken, vinden, kopen, lezen… Hoe doen we dat? We proberen het internet steeds menselijker te maken, steeds beter af te stemmen op ons. Ik houd me daar ook mee bezig voor mijn werk bij uitgeverijen, terwijl ik me bij het schrijven juist focus op dat wat nauwelijks te reproduceren valt: emoties, verbeelding, menselijke interactie. Dit boek lijkt me een brug tussen die twee bijna uitersten in mijn leven.
Maar ja. Je voelt ‘m zeker al aankomen: een beetje op mijn gemak een boek lezen op Schier heeft er voor mij deze vakantie niet in gezeten, en over drie dagen gaan we alweer naar de wal. “Terug naar Nederland”. Ik heb heerlijk uitgeslapen, hard geschreven aan mijn onderhanden roman, mijn andere manuscript — nadat het even gelegen had — doorgenomen om te zien of ik tevreden ben over vorm en inhoud, en verder heb ik gewandeld, gefietst, ben ik op het strand geweest en heb ik samen met mijn grote en kleine man zo veel mogelijk geliefde plekjes op Schier bezocht, zodat we er weer tegen kunnen tot volgend jaar zomer. Ik vermoed dus dat Salman Rushdie en Ian McEwan weer terug de tas in gaan en volgende week weer terug mogen in het rekje, wachtend op een kansje.
Ik ga ze zeker lezen.
Ik weet alleen nog niet precies wanneer.