Zomercolumn – Nathalie Pagie … Noordkaap

Wat doe je als je volgende boek op de Noordkaap speelt en je bent er nog nooit geweest? Dan ga je er naar toe! Eind juli zijn mijn man Martijn en ik samen een week in het noorden van Noorwegen geweest, met als hoogtepunt een bezoek aan de Noordkaap, het noordelijkste punt van het land en meteen ook van Europa. Om meerdere redenen een geweldige ervaring.
Voordat we op de kaap aankwamen, bleven we eerst een paar nachten in Tromsø Het ‘Parijs van het Noorden’, noemen ze deze stad. Tikje overdreven, als je het mij vraagt. Er zijn meer zeemeeuwen te zien en vooral te horen dan mensen, het is er klein en winderig en het aantal restaurants is op twee handen te tellen, máár we hebben ons er toch prima vermaakt. De 60 km fjordentocht op onze huurfietsen was ronduit prachtig, het uitzicht op de stad vanaf de kabelbaanberg is indrukwekkend en alleen al de gevulde champignons in restaurant Cous Cous zijn een herhaalbezoek waard.
Vanuit Tromsø voerde de reis naar Alta, zes uur met de bus richting het noordoosten. Een prachtige tocht door sprookjesachtig heuvellandschap, maar ik geloof dat dat voor heel Noorwegen geldt. Het was mijn eerste keer in dit land en het heeft me echt verrast. Er is rust en ruimte, je bent veel buiten en je kunt er echt ademhalen. De Noren zijn wat stug, het cliché is waar, elkaar groeten op straat is er beslist niet bij, maar achter die eerste muur zit – meestal – toch een vriendelijk persoon dat zeer bereid is je de weg te wijzen. Naar het RockArt museum in Alta bijvoorbeeld, met rotstekeningen van wel 7000 jaar oud, in alweer een prachtig serene setting, een wandelpad langs de kust. Het museum is dag en nacht open en als je geluk hebt (dat hadden wij) loop je er helemaal alleen.
Vanuit Alta reden we in een huurauto naar het eiland Mageroya en daarvoor moet je door de Noordkaaptunnel, die je 7 kilometer lang en ruim 200 meter diep dwars door een zeestraat voert. In de winter is deze tunnel slechts beperkt open en mogen er (bijna) geen personenauto’s doorheen. Je bent dan op bussen aangewezen en zelfs die rijden niet altijd. Sneeuw en ijs maken het risico op ongelukken te groot. Daar hadden wij in juli geen last van, want het was gemiddeld 8 graden en dan ligt er geen sneeuw. En toch kneep ik mijn ogen dicht toen we in de donkere tunnel een zwaar bepakte en bezakte fietser passeerden, die met gevaar voor eigen leven de overkant wilde bereiken. Gevaar komt er ook uit andere hoek, de vele rendieren die er huizen steken spontaan de weg over en veroorzaken jaarlijks de nodige ongelukken. Maar als je eenmaal aan ze gewend bent, schrik je niet meer en kijk je juist naar ze uit; de dieren geven het desolate landschap ook iets vriendelijks.
Goed, de tunnel door, het eiland over, betalen bij de slagboom en dan ben je er eindelijk: op de Noordkaap. Je staat voor een hek op de rand van een niet al te hoge klif en je ziet water. Als je geluk hebt, want het mist er regelmatig. Er is een infocentrum met panoramafilm, tearoom en giftshop en je gaat er net als iedereen op de foto bij de weinig spectaculaire wereldbol, het meest gefotografeerde kunstwerk van Noorwegen. ’s Avonds slaap je in een tentje of een hut op een primitieve camping, want hotels zijn er niet en dan rijd je het hele eind weer terug. Meer is het in feite niet en toch was het de lange reis meer dan waard! Want het gaat niet om die rots of om die foto naast de globe, het gaat om het idee, om het ‘einde van de wereld-gevoel’ en de opwindende wetenschap dat alleen het water jou nog scheidt van de Noordpool. Je waant je een avonturier, een ontdekkingsreiziger en dat is lekker. Je ziet het aan de gezichten van de mensen die er lopen, je snapt elkaar, wij bikkels hebben de ontberingen doorstaan om hier te mogen zijn. Dat is puur genieten.
Ik ben weer thuis, maar de Noordkaap heb ik niet verlaten. De rest van dit jaar blijf ik in gedachten op de Noordkaap waar tien criminelen opgesloten zitten in een onderzoekscentrum voor een wetenschappelijk experiment. Aan fantasie voor mijn volgende thriller ontbrak het al niet, maar dankzij mijn reis kan ik dit verhaal die typische Noorse sfeer geven die ik tijdens mijn reis heb geproefd. Standalone Noordkaap ligt in januari in de winkel.
Fijne zomer!
Nathalie