Leesclub Bling Bling 2 – Jan Van der Cruysse

van Jan Van der Cruysse
recensie-exemplaren
Woest-Appeldoorn voor DPB
2’ en wat de leesclub van de cover vindt.
Vlot, moeilijke woorden, Merken jullie dat het een Vlaamse auteur is? Zo ja,
vertel waarom of waaraan.
De schrijfstijl is vlot, prettig leesbaar, maar dat was ik al gewent van
Blingbling 1. Ja, je merkt wel dat het een Vlaamse auteur is. Op een gegeven
moment is Albertien (ook al zo’n Belgische naam, net als Beerke), bij de
begrafenis van Sergei en zijn vriendin, en observeert ze de
begrafenisgasten. Een man valt haar op en ze bedenkt een aantal mogelijke
beroepen, waaronder ‘Buitenwipper’. Tja, dat is bij ons toch echt een
uitsmijter of portier. En zo zijn er wel meer kleine dingen waarvan ik het merk. Geen problemen mee,
ik vind het sjuust wel charmant.
Je kunt goed merken dat het een Vlaamse auteur is.je maakt een amalgaam van 2
vragen. Als we stilvallen op de snelweg zijn we een vogel voor de kat. Is leuk
om deze uitdrukkingen zo te lezen. De schrijfstijl is vlot en af en toe
zakelijk, beschrijvend.
Ik hou wel van de manier waarop Jan Van Der Cruysse schrijft, zijn schrijfstijl
is prima geschikt voor het soort boeken dat hij aflevert: rechttoe rechtaan,
eenvoudige taal, niets moeilijker maken dan nodig. En dat is maar best ook,
want het verhaal zelf en het grote aantal personages zorgen er sowieso al voor
dat je je aandacht bij het boek moet houden. Als Vlaamse vallen de typisch
Vlaamse woorden en/of uitdrukkingen mij natuurlijk niet zo op, maar ik neem aan
dat er hier en daar wel wat Vlaams in zal zitten, helemaal taalneutraal schrijven
is namelijk verschrikkelijk moeilijk. Een paar keer viel me iets op wat net
niet Vlaams is, b.v. zoutjes (chips) en ik heb geen idee hoe de auteur op het
woord ‘spijskaart’ komt.
De schrijfstijl is aangenaam. Deze keer minder onnodig beschrijvende zinnen.
Veel korte zinnen die vaart aan het verhaal geven. I.t.t. deel 1 vind ik deel 2
minder humoristisch. Kan zijn dat ik enkele Vlaamse opmerkingen niet op waarde
schat. Net als in deel 1 komen er geregeld Vlaamse woorden en zegswijzen voor.
Bij de Nederlandse Caroline Kuiper vind ik dat storend. Voor de rest hoort het
wat mij betreft ook zo. Vlaamse personages, locaties en schrijver dus Vlaams
taalgebruik. Personages zouden wat mij betreft meer uitgediept mogen worden.
hoofdpersoon of zijn er meerdere? Vind je deze hoofdpersoon geëvolueerd? (enkel
als je ook BB1 gelezen hebt) Wat vind je van de andere personages? Is het
makkelijk volgen of zijn er volgens jou te veel?
Elisabed en Beerke zijn wat mij betreft de hoofdpersonen en ook het meest
gegroeid /geëvolueerd qua rol en karakter.
Het begint meer en meer een kat-en-muis spel te worden tussen Beerke en de 3
Georgiërs. Albertien zien we helaas veel minder terug, hoofdzakelijk in het
eerste deel van de overval en bij het derde deel de voorbereiding en een stukje
nasleep. Verder is ze vrij onzichtbaar.
Door de hoofdstukken met plaatsnamen is het wel makkelijk te volgen wie waar
is. Hoewel binnen België de personages soms wisselen van locatie en het
daardoor niet altijd gelijk duidelijk is wie er in dit hoofdstukje speelt. Soms wisselt het te snel, zouden de hoofdstukjes die nu opgedeeld zijn in 2 of
3 deeltjes samen gevoegd kunnen worden, zonder dat het afbreuk doet aan het
verhaal.
Ik ben op blz. 283. Beerke en Johannes. Het zijn wel heel veel personages en je
kunt niet alles onthouden./volgen, alleen doordat er regelmatig samenvattingen
zijn volg je het. Ons drietal Boris,Mate en Elisabed zijn tot mu toe ook
behoorlijk in de picture.
Er zijn natuurlijk heel veel personages in dit boek, gek genoeg vond ik het er
niet te veel. Net als BB1 bevat BB2 een lijst met personages en die is
bladzijdenlang. Van Der Cruysse verstaat de kunst om zijn vele personages
zodanig op te voeren dat je nooit het idee hebt de draad kwijt te raken,
je vraagt je nooit af wie x nu weer was, heel knap gedaan. Het hoofdpersonage
is voor mij Beerke Wagenmaker. Deze rechercheur met Turkse roots is bijzonder
goed neergezet, ze komt voor de lezer echt tot leven. In welke zin zij
geëvolueerd is in vergelijking met BB1 kan ik niet zeggen, daarvoor zit het
eerste boek te ver. Ook voor de andere belangrijke personages geldt dat ze goed
uit de verf komen, het worden echt individuen.
Net als in deel 1 zijn er weer veel personages. 4 pagina’s gevuld met
personages. De personen die er voor mij uitspringen zijn Elisabed, Boris en
Mate de drie Georgische misdadigers. Beerke en Johannes in Antwerpen. Ook
Albertien en Rik hebben een uitgebreidere rol. Net als in deel 1 blijven de
meeste karakters behoorlijk oppervlakkig. Het best uitgewerkt vind ik Elisabed.
Bij Albertien is de grootste verandering zichtbaar. Van beveiligheidsmedewerker
tot diamantendief.
verhaal? Wordt bijvoorbeeld de spanning opgebouwd, werkt de auteur naar de plot
toe, is het verhaal geloofwaardig?
overval, de voorbereiding en na de overval. Dit vond ik in het begin wat
verwarrend, ik was bang dat door te beginnen met de overval de plot al zou zijn
weggegeven. Gelukkig is dat niet zo. Vooral de jacht van, en op de Georgiërs houdt de vaart
en spanning in het verhaal er goed in. Lukt het Beerke om ze te pakken te
krijgen? Ontsnappen de juwelenrovers echt volledig? Of worden ook zij in de
kraag gevat?
verhaal zit goed in elkaar. Vanaf jet begin is er een vermoeden richting
Victor. De spanning wordt goed opgebouwd, eigenlijk verwacht je dat Victor vermoordt
wordt. Ben op blz. 489, dus bijna uit en ik ben benieuwd hoe de samenwerking
van Victor en Zurab afloopt. De politie gaat steeds meer losse eindjes aan
elkaar knopen en dan heb je het drietal nog…. De rol van Albertien is ook
geloofwaardig en van Benjamin de drones verkoper, die in het verhaal tuint van
de tv rapportage ook. Ik vind het wel een geloofwaardig verhaal, Drones zijn
heel actueel en ja ik kon de afleidingsmanoeuvre met de drones goed voorstellen
en ook de problemen bij de laatste verdeling van de buit.
Het boek is opgebouwd uit een soort proloog en daarna twee grote delen. Elk van
die delen bestaat uit verschillende hoofdstukken, zij geven telkens een datum
aan. Binnen de hoofdstukken heb je ontelbare tussenkopjes, die de lezer de
exacte locatie meegeven. En dat is ook absoluut nodig, want er wordt ongelooflijk
vaak van locatie gewisseld. Van Der Cruysse neemt je als het ware aan de hand,
zodat je nooit verloren loopt. BB2 heeft het soort opbouw waar ik van hou, voor
ik begin te lezen heb ik ook goed uitgezocht hoe een en ander in elkaar zat,
want dat leest makkelijker nadien. Doordat er constant tussen verschillende
locaties en personages geswitcht wordt, wordt sowieso spanning opgebouwd, je
moet immers altijd weer even wachten om te zien hoe het verder gaat. Het
verhaal kent twee duidelijke verhaallijnen: ten eerste de terugtocht van de
drie Georgiërs naar hun thuisland en ten tweede de planning, uitvoering en
nasleep van de diamantroof. De eerste verhaallijn, dus het eerste deel van het
boek, kreeg wat mij betreft te veel aandacht, ik had liever iets meer gelezen
over de planning van de overval en het wel en wee van de daders achteraf. Ik
vind het verhaal voor het grootste deel bijzonder geloofwaardig, alleen konden
de agenten op de luchthaven misschien net iets te makkelijk van hun
bewakingsopdracht weggelokt worden.
Het boek is opgebouwd uit drie delen. Overval, voor de overval en na de
overval. De delen en daarin verwerkte hoofdstukken zijn herkenbaar door de
grijze titelpagina’s. De opbouw haalt voor mij veel van de spanning weg. Door
eerst de overval te beschrijven en daarna terug te gaan naar de
voorbereidingen. Ook vind ik de overval en de overvallers in verhouding te
weinig besproken worden. Groot deel van de plot is gericht op de ontsnapping
van Elisabed, Boris en Mate n.a.v. hun misdaden in deel 1. Net als in deel 1
vind ik dat de schrijver een aantal keer onnodig van locatie verwisseld. Mis de
meerwaarde van die circa 3 korte wisselingen. Ook het constante gebruik van de
locatiebepaling, terwijl er niet van locatie, maar van gezichtspunt wordt gewisseld
vind ik storend. Haalt de vaart uit het verhaal.